DE NAAM LEXKE

In 2008 opperden enkele enthousiaste Bulanders het idee om met een theatercafé te starten. De dorpskern Maarheeze had inmiddels al enkele jaren goede ervaringen met een theatercafé in De Smeltkroes.

Zoiets moest in Budel ook mogelijk zijn: een klein, gezellig theater met een nostalgische naam in gemeenschapshuis De Borgh. De naamkeuze viel op ‘Lexke’, naar het oude snoepwinkeltje van de familie Mansvelt in het centrum van Budel. 

image

Het snoepwinkeltje ‘Lexke’ (bron: aa-kroniek)

Van generatie op generatie werden door kinderen bij ‘Lexke’ de zondagscenten opgemaakt aan kluutjes en snuik (zoetigheid). Het was echt zo’n snoepwinkeltje waar je eerst een kwartier met je neus tegen de ruit stond te kijken naar al dat lekkers, zoals dropstaaf, zoethout, jodenvet, bakkes-vol, toverballen, snuf ( zwart-wit ) of tum-tumkes (kleine snoepjes). Was je binnen, dan had je vaak nog minuten nodig om te beslissen wat je voor je stuiver, dubbeltje of kwartje zou kopen. 

Lexke Mansfelt, later getrouwd met Gondje, was vanuit Eindhoven naar Budel verhuisd en begon in 1912 met een snoepwinkeltje. Met dit winkeltje hebben zij hun hele verdere leven de kost verdiend tot 1952/1953. 

Een aardige anekdote uit die tijd was ook het volgende voorval bij Gondje, de vrouw van Lexke. Een drietal kinderen stond in de winkel om snoep te kopen: het eerste kind vroeg voor één cent drop, Gon moest daarvoor de trap op; ook het tweede kind vroeg voor één cent drop, Gon ging weer de trap op. Toen het derde kind aan de beurt was, vroeg dat kind eerst voor één cent drop, maar toen Gon weer beneden was, zei dat derde kind alsnog: “Ik wil nog meer drop, want ik heb nòg één cent.” Gon heeft in haar leven die trap heel wat keren betreden. Een typische uitspraak van Lexke was: “Eerst ‘de cent’, dan ‘de kluut’.” 

image

Lexke en Gondje hadden geen kinderen. Toen Gondje op 3 februari 1953 stierf en Lekske naar het bejaardenhuis ging, moest er toch iets gebeuren met het snoepwinkeltje. Jo Mansvelt, een oomzegger van Lexke, had samen met zijn vader en broers een schoenenwinkel, twee deuren van Lexke vandaan. Jo en zijn vrouw Toos waren van mening dat het snoepwinkeltje in de familie moest blijven en besloten de winkel voort te zetten. De taken werden goed verdeeld: Jo deed de inkopen en het bijvullen, Toos deed de winkel en kreeg daar later nog de zorg bij voor haar vier kinderen. De zonen Jèn, Martien, Harrie en John groeiden met het winkeltje op. 

image

Volgens de winkelsluitingswet van die tijd was de winkel door de week open tot zeven uur ’s avonds en zondags tot één uur ‘s middags. In feite was de winkel echter altijd open. Op zondag na de hoogmis kwamen de ouders met hun kinderen om sigaren, sigaretten en snoepgoed te kopen. Dan was het best druk in het winkeltje, want men bleef er vaak een praatje maken met Jo en Toos. Toos had van haar man geleerd om geduld te hebben met kinderen; die stonden vaak wel een half uur te treuzelen met de vraag: "Wat zal ik nu kopen voor mijn dubbeltje: zoethout of toch die dropstaaf?".

Later hingen er aan de buitenmuur twee automaten, één met sigaretten en één met drop. Na het overlijden van Jo Mansvelt in 1986 hield Toos het winkeltje nog enkele jaren open.  Toos Mansfelt-de Groot heeft het winkeltje veertig jaar uitgebaat. Zij deed dat tot 9 januari 1993. Toen viel na tachtig jaar voorgoed het doek voor snoepwinkeltje ‘Lexke’. Sinds 2008 blijft de naam voortbestaan in ‘Lexke Theatercafé’. 

Nieuwsgierig?
Neem contact met ons op!